Lisa Jeannin en Rolf Schuurmans in Base-Alpha
Antwerpen
Over Niets en Alles tegelijk
Het
kunstenaarsduo Lisa Jeannin en Rolf Schuurmans maakt werk dat niet zo maar
meteen te duiden is, maar wel fascineert. Wat uitleg is dus aangewezen, zeker
nu ze exposeren in de Antwerpse Base-Alpha Gallery.
Alexandra CROUWERS
Ergens diep in het Zweedse binnenland werkt het
Zweeds/Nederlandse kunstenaarskoppel Lisa Jeannin en Rolf Schuurmans aan de
constructie van een parallel universum
met daarin haar eigen bewoners, landschappen en ruimtes en bovenal haar eigen
logica. Hun atelier eindigt niet bij de houten wanden van hun uitvalsbasis -
een voormalige kerkgebouwtje - maar strekt zich uit tot de omringende
naaldbossen, kraakheldere meren, met mos overgroeide rotsen en vreemde lokale
bouwwerken. Ook beperken zij zich niet tot één dominant medium, maar gebruiken
zij stop-motion animaties, sculpturen, video, 8mm film, muziek, geluid,
tekeningen, muurschilderingen, neonlampen en met de hand ingekleurde prints van
filmstills. Dit arsenaal aan media wordt bij elkaar gebracht in danig
bevreemdende installaties.
Affect
Ondanks dat de twee kunstenaars vooral herkenbare,
figuratieve elementen gebruiken zijn de werken binnen rationele wetten welhaast
onbegrijpelijk. Ze spelen in op ‘affect’;
een term, oorspronkelijk uit de psychologie, die omschreven kan worden als een ‘primaire,
lichamelijke reactie die voor het bewustzijn uitgaat’ en niet in taal kan
worden omvat (*). Jeannin en Schuurmans geven ons in ieder werk een enorme
hoeveelheid informatie in de vorm van beeld en geluid en vertrouwen erop dat uw
onderbewuste dit met elkaar verbindt.
Dit affect werkt
door de vele verwijzingen naar universele verbeeldingen van mythes en legendes,
uit tijden dat volkeren van over deze hele planeet een noodzaak hadden om via
beelden, geluiden, rituelen en verhalen hun denkwereld over te brengen. Jeannin
en Schuurmans gebruiken de in ons menselijk brein verankerde neiging betekenis
te willen geven aan datgene wat wij zien. Wanneer een beeld niet verklaard kan
worden binnen rationele logica, vallen we terug op een intuïtieve, symbolische
interpretatie. Dat is zowel de basis voor religieuze geloofssystemen als voor
het kijken naar kunst. Dat is te merken aan het illusionisme en animisme, dat door
hun werken sijpelt, naast noties van sjamanistische verhalenvertellers of
magische makers. Toch hoeft u uzelf geen spirituele sjamaan te voelen om het
werk te kunnen waarderen. Integendeel, u mag best een nihilistische atheïst
zijn, zoals schrijver dezes.
De kern van de installaties bestaat vaak uit meerdere, aan
elkaar gerelateerde en op elkaar reagerende projecties. Door de overtuigende
hoeveelheid details in de vaak ruimte-vullende installaties krijgt de
toeschouwer gemakkelijk toegang tot hun wereld en maakt soms zèlf fysiek onderdeel
uit van het werk. In het werk ‘Enter the Wild’ (2009) moet de bezoeker door een
in de ruimte opgestelde deur die tegelijkertijd deel uitmaakt van een
projectiescherm waarop een gefilmde deur open gaat. Hun nieuwste installatie,
‘Hokus Pokus’ in de Base-Alpha gallery in Antwerpen, is pas te zien nadat de
kijker zich door een bliksemschicht-achtige scheur in een muur heeft begeven.
De ruimte daarachter is alleen verlicht door blacklight-lampen, waardoor een
omringende muurschildering van een berkenbos oplicht. De animatie in de laatste
ruimte verbindt een geanimeerd skelet dat door opbloeiende bloemen wandelt met
onder meer een hybride tussen een boom en een mens, een fluoriserend driedimensionaal
pentagram en een coole goochelaar, die een verpakte Zweedse kaas omtovert van
handzame proporties naar een gigantisch bouwwerk. Het pentagram - in de
animatie een schaalmodel - staat levensgroot als sculptuur in deze ruimte.
De stop-motion animaties, in sommige opzichten verwant aan
de werken van een andere Zweedse kunstenaar, Nathalie Djurberg, en het
nostalgisch gebruik van 8mm film maken in eerste instantie een aandoenlijke
indruk: in het werk ‘Crossing’ uit 2006 vertoont een kettingrokende, drummende
spin een film aan een aantal andere karakters in de setting van een bos. Deze 8mm
film toont op haar beurt een groep zombies – gespeeld door vrienden en
kennissen -, die door drie Oosterse vechtsporters wordt getemd. In ‘GGG&G’
(2007) worden, naast een soort cultus van trolletjes en een gorilla met een
camera in zijn oog, groengeschilderde kinderen opgevoerd, die samen een vrolijke
interpretatie van de Hindoestaanse godin Shiva vormen. Dit karakter draagt een
ketting van zingende schedeltjes.
Grenzenloos
De beschrijving van deze reeks gebeurtenissen doet lichtvoetig
aan, maar er worden binnen de werken van het kunstenaarsduo thema’s aangesneden
die groter zijn dan de kortstondige tendensen waar het hedendaagse
kunstendiscours zich vaak zo graag mee bezig houdt. Jeannin en Schuurmans willen
de grenzen van tijd en ruimte, van schaal en van het denken, van het verbeelden
zelf overschrijden.
Het is zinloos te willen uitleggen waar de zelf-geconstrueerde
mythes van Schuurmans en Jeannin over gaan. Het volstaat om te melden dat het
over Niets en Alles tegelijk gaat. Dat mag vrijblijvend klinken, maar het koppel
heeft de luxe niet om vrijblijvend werk te maken wanneer de productie van een
animatie gepaard gaat met het bouwen van soms metersgrote schaalmodellen van
landschappen en interieurscènes of het drie weken lang beeld voor beeld filmen
van ontspruitende bloemen.
Eigenlijk verbeelden de werken en de manier van werken van
het koppel vooral een grenzenloosheid tussen alles en niets: hun omgeving wordt
geïntegreerd in films, buiten wordt binnen en vice versa, hun vrienden en
familieleden treden op als acteurs en gesproken zware, metafysische verhandelingen
worden komisch. Alle media die hen ter beschikking staan worden aangewend – hun
performances met de keyboard spelende schildpad Vilhelm heb ik nog niet eens
besproken –, objecten reïncarneren in karakters of andersom, en zelfs tussen
een object en een karakter wordt geen verschil gemaakt: een boom wordt een
acteur, een spin bestaat tegelijkertijd als karakter en als een object in
verschillende schaalmodellen.
Verdubbeling kwam ook terug in ‘Beyond the Sea’, hun
overzichtstentoonstelling in het Malmö Konstmuseum in het najaar van 2010.
Hierin werd een groot deel van hun installaties en sculpturen samengebracht. Het
woord ‘sea’ uit de titel verwees niet alleen naar ‘zee’, maar ook naar ‘see’:
zie, of zien. Deze tentoonstelling benadrukte de samenhang tussen alle werken
en maakte duidelijk dat ieder werk
beschouwd kan worden als een hoofdstuk uit een non-lineair - of liever: een
multi-lineair - narratief dat zich afspeelt op verschillende niveaus.
De relevantie van hun werk zit voornamelijk in de noodzaak
van het maken ervan. Dit straalt over op de toeschouwer, die, hoewel hij er
misschien geen touw aan vast kan knopen, voor de tijd van het verblijf in een
installatie onherroepelijk deel uitmaakt van Jeannins en Schuurmans uitdijend
universum. En dat is de moeite.
(* cf. Nat Muller, ‘Feeling it in your guts’, Metropolis M,
nº6, 2009)
De installatie ‘Hokus Pokus’ is te zien t/m 17 december in
de Base-Alpha gallery, Kattenberg 12, 2140 in Borgerhout, open van woensdag tot
en met zaterdag van 14.00 uur tot 18.00 uur.
Alexandra Crouwers, 2011